Termen
Aërosol
Zeer kleine vaste of vloeibare deeltjes die gesuspendeerd (verneveld) zijn in een gas.
Aërosol staat ook wel synoniem voor spuitbus.
AHA
Alfa-hydroxy-acids, oftewel fruitzuren. Fruitzuren helpen de geleidelijke vernieuwing van de bovenste huidcellen om de huid glad te maken.
Alkalische stoffen
Ingrediënten die zorgen voor een alkalische (basische) pH (groter dan 7) van een product.
Allergeen
Allergieopwekkende stof die het afweersysteem activeert. Een voorbeeld hiervan is het overgevoelig reageren van het menselijk lichaam op bepaalde stoffen, zoals huisstofmijten, graspollen en stuifmeelkorrels (hooikoorts), dierlijke huidschilfers of schimmelsporen.
Allergie
Een allergie of een allergische reactie wordt veroorzaakt door herhaalde blootstelling aan een stof waarop het lichaam met een afweerreactie (een reactie van het immuunsysteem) reageert.
Allergietest
Test voor de kapper om te controleren of een klant allergisch is voor een bepaald product. De test gaat als volgt: De kapper reinigt achter het oor van de klant een plekje ter grootte van een eurocent met alcohol. Hierop brengt hij met een wattenstaafje een beetje van het kleurproduct aan, zonder dat dit is gemengd met een oxidatievloeistof. Hij herhaalt dit twee- of driemaal en laat het tussendoor drogen. De kapper sluit de verpakking van het kleurproduct uiteraard weer zorgvuldig. Na 48 uur wachten zonder het product af te wassen of af te vegen, is de uitslag van de test duidelijk. Wanneer geen jeuk of rode vlekken optreden, kan het product gebruikt worden. Treedt een allergische reactie op zoals hevige prikkelingen, pukkeltjes of een branderig gevoel op de hoofdhuid, dan moet de plek onmiddellijk met lauw water worden gespoeld. De kapper adviseert zijn klant een arts te raadplegen.
Anti-oxidanten
Stoffen die oxidatie en ranzigheid voorkomen door het remmen van door zuurstofbevorderde reacties.
CI
Staat voor: Colour Index. Met een CI-nummer worden op cosmeticaproducten de gebruikte kleuren aangeduid.
Claims
Geven de werking en/of specifieke cosmetische eigenschappen van een product aan.
CMR-stoffen
CMR staat voor: Carcinogeen (kankerverwekkend), Mutageen (ze kunnen het erfelijk materiaal in het lichaam veranderen) en Reprotoxisch (giftig voor de voortplanting van de mens). Stoffen die als zodanig zijn geclassificeerd mogen niet in cosmetica worden gebruikt.
Comedoon
Mee-eter.
Conserveermiddel
Stoffen die de ontwikkeling van bacteriën en schimmels in cosmetica voorkomen.
Cosmetica
Producten voor de persoonlijke verzorging. Alle stoffen en preparaten die bestemd zijn om in aanraking te worden gebracht met de verschillende delen van het menselijk lichaamsoppervlak of met de tanden en kiezen en de mondslijmvliezen, met als doel deze te reinigen, parfumeren, het uiterlijk ervan te wijzigen of lichaamsgeuren te corrigeren of voornoemde lichaamsdelen te beschermen of in goede staat te houden.
Cosmeticaverordening
De wetgeving met betrekking tot cosmetica is op Europees niveau geregeld in de Cosmeticaverordening (1223/2009/EG). De verordening is in 2009 gepubliceerd en vervangt de Cosmeticarichtlijn (76/768/EG). De verordening bestaat uit 40 artikelen en 10 Annexen, waarin de eisen voor het op de markt brengen van cosmetica zijn vastgelegd. De wet heeft tot doel de volksgezondheid te beschermen en het bevorderen van vrije handel binnen de Europese Gemeenschap.
De Cosmeticaverordening stelt als primaire eis:
“Cosmetische producten mogen de gezondheid van de mens niet schaden wanneer zij onder normale of redelijkerwijze te voorziene gebruiksvoorwaarden worden aangewend.”
Decoratieve cosmetica
Make-up.
Dermatoloog
Huidarts gespecialiseerd in het onderzoek en behandelen van huidziekten.
Dermis
Een laag van ongeveer 2 mm dik die zich onder de huid bevindt en die de voeding doorlaat aan de huid. Deze laag is rijk aan bloedvaten, zenuwen, talgklieren en zweetklieren en bestaat uit vezels die zijn opgebouwd uit collageen en elastine.
Drijfgassen
Gasvormige stoffen die aan spuitbussen worden toegevoegd om de inhoud daarvan naar buiten te drijven.
Emulgatoren
Stoffen die worden gebruikt om olieachtige en waterige stoffen te kunnen mengen.
Emulsie
Bestaat uit twee of meer vloeistoffen die normaal niet met elkaar te mengen zijn, maar via een chemische bewerking mengbaar zijn gemaakt. Er bestaan twee typen emulsies: water in olie en olie in water. Emulsies kunnen de vorm hebben van een crème, lait of gel.
Epidermis of opperhuid
De buitenste laag van de huid met een gemiddelde dikte van 0,1 mm. Beschermt de huid tegen invloeden van buitenaf.
Etherische oliën
Plantaardige geurstoffen.
Fruitzuren
Alfa-hydroxy-acids (AHA). Fruitzuren helpen de geleidelijke vernieuwing van de bovenste huidcellen om de huid glad te maken.
Ftalaten
Stoffen die een belangrijke rol spelen bij het vrijkomen van het parfum van een product en het ondrinkbaar maken van alcohol.
Hydrateren
Water doen opnemen. Met ‘huidvoedende’ of hydraterende producten worden producten bedoeld die water binden.
Hygiëne
De aspecten voor een goede gezondheid, waarbij vooral op de omgeving (milieu) gelet wordt.
Hypoallergeen
In het product zijn zo min mogelijk stoffen verwerkt die allergische reacties kunnen geven.
INCI-namen
INCI staat voor Internationale Naamgeving Cosmetische Ingrediënten. Voor alle gebruikte ingrediënten in cosmetica worden in de Europese Unie dezelfde namen gebruikt. De INCI-namen worden in de ingrediëntvermelding gebruikt, te vinden achter het woord ‘ingredients’ op de verpakking.
Ingrediëntendeclaratie
Opsomming van ingrediënten die in het product zitten.
Irritatie
Huidaandoening die wordt veroorzaakt door irritatie van de huid. Deze reactie kan bij iedereen optreden. Door irritatie van de huid wordt de huidbarrière aangetast en verliest de huid de bescherming tegen verschillende stoffen. De huid kan branderig of trekkerig aanvoelen en jeukt.
Leave-on
Leave-on betekent ‘erop laten’. Dit zijn cosmeticaproducten die u op het haar of de huid laat zitten. U spoelt deze producten na gebruik niet af met water.
Liposomen
Microscopisch kleine bolletjes met aan de buitenkant vetten en in de kern wateroplosbare werkzame stoffen. Liposomen kunnen ingrediënten bevatten die op deze manier dieper in de bovenste huidlaag kunnen worden gebracht.
Melanine
Pigment. Kleurstof in de huid en haren van mensen en dieren.
Musken
Geurstoffen.
Nanodeeltjes
Deeltjes met afmetingen kleiner dan 100 nanometer. Een nanometer is één miljardste deel van een meter. Nanodeeltjes zijn meestal vele malen groter dan een molecuul.
Oppervlakte-actieve stoffen
Ingrediënten in producten voor het wassen, reinigen en schuimen. Door de speciale chemische structuur hechten oppervlakte-actieve stoffen aan vuil zodat dit gemakkelijk met water verwijderd kan worden.
Oxidant
Een stof die zuurstof vrijmaakt. De meest gebruikte oxidant is waterstofsuperoxide (H²O²). Deze zorgt er bijvoorbeeld voor dat de natuurlijke haarkleur verheldert en de pigmenten van de kleurstof ontwikkeld worden.
PAO-symbool
PAO staat voor Period After Opening. De cijfers naast het symbool (potje met schuin-open deksel) duiden op het aantal maanden van houdbaarheid na openen van cosmeticaproducten. Het symbool is verplicht als geen "Bij voorkeur te gebruiken vóór ...datum..." is gegeven. Die tekst wordt afgebeeld als de houdbaarheid van het ongeopende product korter is dan 30 maanden.
Parabenen
Stoffen die voorkomen dat een product bederft.
Peeling
PH-waarde
Waarde die informatie geeft over de zuurgraad, bijvoorbeeld van de huid.
Polijstmiddelen
Soort schuurbolletjes die aan tandpasta’s worden toegevoegd om bij het tandenpoetsen zoveel mogelijk plak te verwijderen.
Preparaat
Mengsel of oplossing die bestaat uit twee of meer stoffen.
Productinformatiebladen
Verplichte informatiebladen voor chemicaliën waarin vermeld staat op welke wijze de stof getransporteerd en opgeslagen dient te worden, voor welke toepassing deze bestemd is, welke beschermingsmaatregelen er getroffen dienen te worden en op welke manier er gehandeld moet worden in geval van aanraking met deze stof. Ook staan hierop toxicologische en ecologische gegevens vermeld en relevante fysische en chemi¬sche eigenschappen van de stof.
Professionele gebruiker
Een persoon die bij de uitoefening van zijn beroep gebruik maakt van stoffen of producten, en die beroepsmatig over kennis van stoffen of producten beschikt of hoort te beschikken.
REACH
REACH staat voor Registratie, Evaluatie en Autorisatie van Chemische stoffen en is een nieuwe Europese verordening voor chemische stoffen.
Rinse-off producten
Rinse-off betekent ‘afspoelen’. Dit zijn cosmeticaproducten die u na gebruik afspoelt met water.
Risicobeoordeling
Beoordeling van het risico dat iemand loopt als hij een product gebruikt waarin een bepaalde stof zit.
SCCP
SCCP staat voor Scientific Committee Consumer Products. Comité dat bestaat uit een internationale en onafhankelijke groep wetenschappers, aangewezen door de Europese commissie. Houdt zich bezig met onderwerpen die betrekking hebben op veiligheid van cosmeticaproducten en ingrediënten.
SPF
SPF staat voor Sun Protecting factor, ook wel beschermingsfactor genoemd. Dit getal geeft aan hoe sterk het anti-zonnebrandmiddel de UV-stralen in het zonlicht uitfiltert. Hoe hoger het getal, hoe meer bescherming tegen de UV-straling.
Stof
Een verbinding die hoofdzakelijk bestaat uit één type molecuul.
Talgklieren
Klieren die talg aanmaken, ook wel huidvet genoemd. Huidvet beschermt de huid tegen uitdroging en tegen de groei van bacteriën.
Terugvetters
Stoffen die tijdelijk een kunstmatig vetlaagje op de huid aanbrengen.
Toevoegingen
Ingrediënten die aan producten zijn toegevoegd om bepaalde eigenschappen te creëren of te verbeteren of ongewenste eigenschappen te onderdrukken of te minimaliseren.
Veiligheidsdossier
Pakket met informatie over een product, onder andere risicobeoordeling. Hierover moet iedere cosmeticafabrikant beschikken om de veiligheid van dat product te garanderen.
Veiligheidsinformatieblad
Het Veiligheidsinformatieblad, ook bekend als VIB of MSDS: Material Safety Data Sheet, beschrijft in 16 rubrieken onder meer technische gezondheids-, veiligheids- en milieu-informatie over een cosmeticaproduct.
Viscositeit
De viscositeit bepaalt de vloeibaarheid of stroperigheid van een product. Water heeft een lage viscositeit en vloeit makkelijk, stroop is stroperig en heeft een hoge viscositeit.
Vrije radicalen
Reactieve deeltjes die schade aan de huid kunnen veroorzaken.
NVWA
NVWA staat voor Nederlandse Voedsel en Waren Autoriteit, voorheen de Keuringsdienst van Waren.
Zeep
Zeep, een oppervlakteactieve stof, bestaat uit zouten van vetzuren en wordt gebruikt als reinigingsmiddel.
Zwangerschapsmasker
Op het gezicht kan door zwangerschapshormonen een zogenoemd zwangerschapsmasker ontstaan. Dit is een verkleuring van de huid, meestal rond de ogen. De huid is gevoeliger voor de zon, waardoor een zwangerschapsmasker onder invloed van zonlicht nog zichtbaarder kan worden. Het gebruik van zonneproducten en/of de schaduw opzoeken, is dan verstandig.